Zonnecellen efficiënter – Amolf
Amsterdam – In de uitzending van 1vandaag van 22 februari 2012, wordt toegelicht hoe de nieuwe zonnecellen van Amolf een efficiëntie van 70% kunnen halen. Er werd lang gedacht dat een efficiëntie van 34% het maximum is.
In dit wetenschappelijke artikel wordt uitgelegd hoe dit mogelijk is. Door gebruik te maken van efficiëntere zonnecellen is er veel minder ruimte nodig om het zelfde rendement te behalen. Hierdoor is het veel eenvoudiger voor huizenbezitters om over te gaan op zonnepanelen.
Omdat de zonnecellen veel dunner gemaakt kunnen worden, wordt er minder gebruik gemaakt van silicium. Dit is een dure grondstof die verwerkt wordt in zonnecellen. Mochten deze ‘nieuwe’ zonnecellen toch duurder worden dan de huidige generatie zonnecellen, dan kan het nog steeds aantrekkelijker zijn, omdat deze zonnecellen per m2 veel meer opleveren.
Op de website van Amolf staat een eenvoudige beschrijving van de nieuwe uitvinding, hieronder een korte samenvatting: Een zonnecel zet zonlicht om in elektriciteit. Dit proces is op dit moment nog niet erg efficiënt. In conventionele zonnecellen gaat een groot gedeelte van de energie verloren. Dit komt doordat alleen blauw en groen licht geabsorbeerd wordt, terwijl infrarood licht niet geabsorbeerd wordt. Licht dat niet omgezet wordt, zorgt voor thermodynamische verwarring en daarom een lager voltage. Hierdoor is de maximum efficiëntie 34%, dit wordt ook wel de Shockley-Queisser limiet genoemd.
Door slimmer van het licht gebruik te maken kunnen deze problemen opgelost worden. Met behulp van speciaal ontwikkelde nanostructuren, geprint op de oppervlakte van een zonnecel, kan het licht beter opgevangen worden. In het eerder genoemde artikel wordt beschreven hoe deze verbeteringen gerealiseerd kunnen worden.
Bron: “Waarom zon”